Gevarenwinkel Bluesfestival 2019 - een impressie



Varenwinkel!

Ergens diep in de Kempense velden ligt een klein dorpje met de schattige naam "Varenwinkel". Het is een dorpje dat enkel de ware bluesliefhebber op de kaart kan aanduiden. Want naar een traditie die intussen reeds 22 jaar stand houdt, vindt er jaarlijks het (Ge)Varenwinkel Bluesfestival plaats.

Als afsluiter van de zomervakantie verzamelt zich het laatste weekend van augustus in het Kempense dorp dan ook een colonne motards en oude rockers. Nou ja, motards... de langharige, baardige, getatoeëerde en bierbuikerige motorrijders die er met hun roodharige schone vertoeven, hebben het geronk van de Harleys intussen ingeruild voor het gesnor van een Volkswagen-busje of zelfs het comfort van een luxueuze motorhome. En toch blijft de sfeer op dit hoogst aangename festival heel kleurrijk. De laatste jaren worden er bovendien opnieuw meer jongelui gespot, zowel naast als op het podium. Een hergeboorte van de blues?
Het (Ge)varenwinkel Bluesfestival draait natuurlijk niet om motors, noch om kampeerders. Gevarenwinkel draait om de muziek. Goeie blues; met scheurende gitaren, overgoten met een sausje van hardrock, soul en funk.

CC Jerome
De tweeëntwintigste editie van het festival opende onder een brandende zon, het gevolg van de derde hittegolf die de zomer van 2019 in aanbieding had. Toen ikzelf op vrijdagmiddag de omheinde akker in Varenwinkel (Herselt) betrad, had het trio van de psychedelische band Alain Pire Experience hun ding al gedaan en stapte de energieke rockabilly-veteraan CC Jerome op het podium om de lont aan te steken in de rootstent.

Jon Cleary
Na hem maakte Jon Cleary zijn opwachting in de grote tent, een Engelsman die zich in New Orleans vestigde uit liefde voor de muziek en de cultuur. Aan de zijde van onder meer Dr. John, Taj Mahal en als vaste toetsenist van Bonnie Raitt verwierf hij bakken ervaring, zowel als songschrijver als op de piano. John Cleary pingelde twee wat rommelige nummers in New Orleans bluesstijl en bijna was ik een pintje gaan drinken, toen hij een lekker funky nummer inzette. En ja hoor, zwoel en funky is de man op zijn best! Met het nummer Dyna-Mite, titeltrack van zijn laatste album, werd zelfs Dr. John weer even tot leven gewekt.

De opwarming was dan ook optimaal toen we, opnieuw in de rootstent, Georgina Peach & The Savoys gepresenteerd kregen. Opgericht in 2018 staat de Nederlandse soulband al stevig op zijn sokkel. Met haar unieke, warme en soulvolle doet Georgina Peach me aan Amy Winehouse denken. Bijgestaan door The Savoys waar ook "'CC Jerome" Jeroen Van Gasteren deel van uitmaakt,  schitterde de Nederlandse lady in "I'm On My Way": swingende soul, een stevige bluessolo en een einde met gospelallures. En met een eigen versie van Etta James' "Rather Go Blind" liet Cheri “Georgina Peach” Addo het hart van menig bluesliefhebber smelten onder de warme zon.

En zo was de tijd al veel te snel gekomen voor de finale van de eerste festivalavond. Aangemoedigd door de tunes van Howlin' Wolf namen drie langharige knapen uit het zuiden van Nederland kordaat hun plaats in op het podium en enkele ogenblikken later knalde er stevig luide en diep psychedelische bluesrock uit de luidsprekers. DeWolff had zijn intrede gemaakt. Met gitaareffectjes à la Jimi Hendrix, een stem verwant met die van Axl Rose en een vleugje Hollandse vrijpostigheid namen de broertjes Pablo (zang en gitaar) en Luka (drums) van de Poel, samen met Robin Piso (Hammond orgel) hun plaats in tussen de groten.

DeWolff
Na Dewolff was het de beurt aan de nachtbrakers om het feestje verder te zetten. Toen het Gevarenwinkel Bluesfestival enkele jaren geleden noodgedwongen van locatie verhuisde, bleef er geen geschikte plek meer over voor de uitbundige afterparty op vrijdagavond. Op deze editie werd de goede traditie opnieuw leven ingeblazen: de vertrouwde, onuitputbare coverband Sudden Lee speelde met veel enthousiasme gekende bluesrock-hits tot in de vroege uurtjes. En Gevarenwinkel verwent de muziekliefhebbers, dus reden er pendelbusjes om de feestvierders veilig naar café De Schuur te brengen, en vooral nadien terug naar de camping. Waarna ons enkel nog een mooie sterrenhemel restte om een mooie eerste festivaldag af te sluiten.

Na een korte maar intense nachtrust werd een stevig bluesontbijt - spek met gebakken eitjes - doorgespoeld met een sterke koffie gebrouwen door het team van FC Varenwinkel. Sommigen ruilden de koffie al in voor de eerste pintjes, terwijl de Hangover Blues Band ons trakteerde op gemoedelijke blues- en rockdeuntjes: de tweede festivaldag was aangebroken. Het wat aparte duo Hymn for Her beet de spits af met zwoel dreunende country blues. Wayne Waxing bespeelt de akoestische gitaar en de mondharmonica, zingt met een ruige stem en geeft foot-stomping de beat aan. Lucy Tight speelt slide op een gitaar gemaakt uit een sigarendoos en een borstelsteel. Het koppel laat zich niet in een hoekje duwen: reeds jaren trekken ze, samen met hun zoontje en hun hond van kust tot kust door de Verenigde Staten in een zilverkleurige Bambi Airstream Caravan uit 1961. "The Road Song" is dan ook op hun lijf geschreven.

Jumping Matt
Jumping Matt, songwriter en virtuoos op mondharmonica, reisde vanuit Hongarije naar de kempen om er een portie swing en boogie te serveren. Als zanger kon hij me niet echt inspireren, maar op de mondharmonica is de man beslist indrukwekkend. De afsluiter "Strange Things Happens Every Day" zette de puntjes op de i. Na hem beklom de Canadese Samantha Martin de rootstage. Samantha Martin wordt geëerd om haar in whiskey verdronken en door tabak uitgerookte, krachtige, soulvolle stem. De set swingde van blues naar memphis soul waarmee ze tenslotte Tina Turner in gedachten bracht: met een swingende versie van Ike & Tina's Proud Mary zette ze de rootstent aan het zingen.

Mike Wheeler is een oud gediende in de Chicago blues met een indrukwekkend curriculum. Hij stond voorheen al op de planken met grote namen als Koko Taylor, Buddy Guy en B.B. King. Eind 2012 bracht hij onder eigen naam een album op de markt. Mike Wheeler & The Capital Horns vulden de emotionele diepgang van de Chicago Blues met de warmte van de blazerssectie, tot groot genoegen van de genietende festivalgangers.


Ergens in de beginjaren 2000 kwam Jazzmuzikant Chris Bergson op het kruispunt van zijn leven. Hij ontmoette er Satan en verkocht zijn ziel in ruil voor de blues. Vocalist Ellis Hooks schopte het van straatmuzikant tot gerenommeerd soulzanger. Beide heren brachten in de roots-tent een energieke en overtuigende set, dansend en springend over funky grooves en scheurende bluesriffs. En het publiek kon het smaken.



Met de rootstent in vuur en vlam, was het tijd om op te schuiven naar de grote tent voor de zwoele en stevige "Southern rock" van Robert Jon & The Wreck. Man, wat een feest! De warme, melancholische stem van Robert Jon Burrison liet niemand ongeroerd. En let op die vlugge vingertjes van lead-gitarist Henry James!


(Videobeelden Moulin Blues Festival 2018)

Het ene hoogtepunt volgde het andere op, toen de Boogie Beasts de rootstent daveren. Dreunend, stampend en bonkend zetten ze de hele tent in beweging, met als topper het iconische "Boogie Chillun'", een hommage aan King of the Boogie, Mr. John Lee Hooker! Een ruig overstuurde mondharmonica, een rauwe zang en de bottleneck die over de basgitaar glijdt. Wat een sound! Wat een kracht!


Na al het boogie-geweld zorgde Toronzo Cannon and The Chicago Way voor een dosis emotionele diepgang met een knipoog. Hij legde zijn ziel bloot en keerde terug naar de essentie: de Chicago Blues. De ballad "When Will You Tell Him About Me" bracht me kippenvel. Al toonde ook deze man zich een meester als het aankomt op snelle gitaarriffs.



Het werd even stil bij afloop van Toronzo Cannon's optreden. Verslagenheid omdat het festival alweer zo snel voorbij was, of eerder gelatenheid na een lange, mooie bluesdag? Gelukkig zorgden de festivalorganisatoren voor een tweede afterparty, ditmaal op het festivalterrein zelf. De  hardrock en psychedelische muziek werd aangebracht door de energieke DJ Mr. Kite. En zij die er bij waren, zullen het beamen: zo zijn er geen twee.

Gevarenwinkel staat als bluesfestival nog steeds aan de top. Toch is Gevarenwinkel nog veel meer dan dat. Het hele festival draait rond de inzet van vrijwilligers. Het lijkt wel of iedereen uit dit kleine Kempense dorpje, jong en oud, een weekend lang mee helpt op de festivalweide. Samenhorigheid is er troef. Ook onder de festivalgangers, in een sfeer waar iedereen voor elkaar zorgt.
Bovendien gaan de inkomsten die het festival vergaart, steevast naar het goede doel. Dit jaar was dat Els Smiley vzw, een organisatie die het sociaal contact van langdurig zieke kinderen bevordert.

Een weekend lang vol overgave feesten voor het goede doel, wat is er mooier? Gevarenwinkel groeide uit tot een vaste onderdeel in de agenda van menig bluesliefhebber - waaronder mezelf. Dus bij deze: tot volgend jaar!

Bb Bm B


(Foto's: Gevarenwinkel)